Eind jaren negentig stroomden buitenlandse journalisten en bestuurders naar
ons land om zich te vergapen aan de Nederlandse wondereconomie. Jaren van
stabiele en hoge groei, grote werkgelegenheid en vlot samenwerkende sociale
partners maakte Nederland tot het beste jongetje van de klas. Toenmalig
premier Wim Kok werd internationaal bewonderd als de man die de gouden
combinatie van hoge groei en sociale cohesie had weten te vinden.

In 2001 stortte het sprookje in. Hoge looneisen, dalende
aandelenkoersen en stijgende pensioenpremies sloegen de bodem onder de groei
vandaan. Nederland had weer een doodgewone economie met alle problemen die
daar bij horen. De donkere jaren van Balkenende I, II en III waren
aangebroken.

Onder Balkenende IV lijkt de magie weer helemaal terug. Dinsdagochtend maakte
het CBS bekend dat de economie in het derde kwartaal van 2007 met 4,1
procent groeide – het hoogste percentage sinds 2000. Ten opzichte van het
tweede kwartaal was de groei 1,8 procent. Dat is de hoogste kwartaalgroei
sinds 1996.

Het beeld wordt wel vertroebeld door de heftig fluctuerende
gasproductie van Nederland. De groei van de sector ‘delfstoffenwinning’ was
in het afgelopen kwartaal maar liefst 26 procent. In het eerste kwartaal van
2007 daalde de productie juist met 27 procent. Reden voor deze
schommelingen: de winter was uitzonderlijk warm, de zomer bedroevend koel.

Maar ook zonder de gasproductie mee te rekenen was het derde kwartaal
uitstekend. De economische groei komt dan uit op 3,3 procent. In feite is
het conjunctuurbeeld zonder gas alleen maar gezonder. Sinds begin 2006 lag
de groei zonder gasproductie ieder kwartaal tussen 3,0 en 3,3 procent. Dat
is uitzonderlijk stabiel en geeft aan dat de Nederlandse economie in
blakende gezondheid verkeerd.

Het wonder is nu misschien nog wel groter dan eind jaren negentig. Toen
had de groei de wind in de rug van speculatieve aandelenkoersen en snel
stijgende huizenprijzen. Nu groeien we met wind tegen. De euro is duur, olie
onbetaalbaar, beurzen zijn hun jaarwinst weer bijna kwijt en op de en de
financiële markten heerst chaos. Een economie die in zo’n situatie
onverstoorbaar doorgroeit, is fundamenteel in orde.

Wanneer eindigt dit? Eeuwige groei bestaat niet, dus ook dit wonder zal ooit
ontsporen. Als de kredietcrisis, olie en euro niet voor een voortijdig einde
zorgen, dan zal de groei uiteindelijk smoren in looneisen en inflatie.

Gesteund door de lage werkloosheid en de vele openstaande vacatures eist de
FNV voor volgend jaar een loonstijging van 3,5 procent. Dat is maar net
onder de eis van 4 procent waarmee de vakbond in 2001 en 2002 de
concurrentiepositie van Nederland voor jaren verpestte.

Ook zonder loonstijging zou de inflatie al flink stijgen. Op dit moment
doet Nederland het met een inflatie van 1,6 procent nog keurig. Maar volgend
jaar zullen de prijzen veel sneller gaan stijgen. Een Nederlandse centrale
bankier fluisterde Z24 onlangs al toe dat de inflatieraming voor 2008 flink
naar boven zal worden bijgesteld. Hoge voedsel-, energie- en
grondstofprijzen worden nu nog niet volledig doorberekend in
consumentenprijzen, maar dat houden de bedrijven niet eeuwig vol. Hoge
inflatie zal de Europese Centrale Bank dwingen tot verhoging van de rente.
Ten kostte van de economische groei.

Maar zover is het nog lang niet. De economie blijkt de klappen nog makkelijk
op te kunnen vangen. De kans dat het wonder ook in 2008 voortduurt is
aanzienlijk.

Grafiek:
CBS kwartaalgroei

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl